Modus

De modi van de kerktoonaarden dragen namen uit de Griekse muziekleer (o.a. van Pythagoras), die ontstaan is in de middeleeuwen. In die tijd kende men als notatie het systeem van de toonnamen A-B-C-D-E-F-G. Bij deze namen was het onduidelijk of de secunde A-B groot of klein was. In 1025 ontstond de theorie die bekend werd als de Hand van Guido en is gebaseerd op de solfége welke ontwikkeld werd door Guido van Arezzo. Daar de Rooms-katholieke kerk (algemene kerk van Rome) het zingen tijdens de heilige mis toestond, is de theorie van deze toonaarden over Europa verspreid en kreeg enkele aanpassingen door Heinrich Glareanus in de 16e eeuw, waardoor de toongeslachten ontstonden. Hoewel de Locrische modus theoretisch bekend was werd hij zelden toegepast vanwege interval met de verminderde kwint. In de Renaissance werd dit de diabolus in musica (de duivel in de muziek) genoemd. Pas in de 19e eeuw werd de Locrische modus bruikbaar doordat de getempereerde stemming werd ingevoerd.

De kerktoonaarden zijn toonladders die uitsluitend zijn opgebouwd met tonen van de witte toetsen van de piano. Met modus wordt bedoeld dat binnen een toonaard elke toon de grondtoon en finalis (laatste toon) kan zijn. Door verandering van de grondtoon verschuiven de intervallen waardoor de toonladder een ander karakter krijgt. Binnen een toonaard zijn er zeven tonen waardoor er zeven stappen ontstaan. Met modus wordt dus niet de tonen van een kerktoonaard bedoeld maar hun toonintervallen.

Kerktoonaarden:

Jonisch C-D-E -F-G- A-B-C
Dorisch D-E-F -G-A- B-C-D
Phrygisch E-F-G -A-B- C-D-E
Lydisch F-G-A -B-C- D-E-F
Mixolydisch G-A-B -C-D- E-F-G
Aeolisch A-B-C -D-E- F-G-A
Locrisch B-C-D -E-F- G-A-B

Kerktoon C heeft de Jonische modus en is gelijk aan de toonintervallen van de C majeur-ladder.

C-D-E -F-G- A-B-C'
1/11/11/21/1 1/11/11/2

Kerktoon A heeft de Aeolische modus en is gelijk aan de toonintervallen van de A mineur-ladder.

A-B-C -D-E- F-G-A'
1/11/21/11/1 1/21/11/1

Er kunnen toonladders worden gemaakt die gebruik maken van een modus.
Hier een voorbeeld voor toonladders met de grondtoon C:

C Jonisch C-D-E -F-G- A-B-C
C Dorisch C-D-Es -F-G- A-Bes-C
C Phrygisch C-Des-Es -F-G- As-Bes-C
C Lydisch C-D-E -Fis-G- A-B-C
C Mixolydisch C-D-E -F-G- A-Bes-C
C Aeolisch C-D-Es -F-G- As-Bes-C
C Locrisch C-Des-Es -F-Ges- As-Bes-C

Ezelsbrug voor het onthouden van de modi: "If Dora Plays Like Me All Lost".
Jonisch wordt ook wel als Ionisch geschreven maar moet als Jonisch worden uitgesproken.


Lees verder...